Arica heeft vanaf 2003
bij de jeugdelftallen van Ajax gespeeld.
Arica had tot 30 juni 2013 een doorlopende
arbeidsovereenkomst met Ajax.
In de periode van
december 2010 tot augustus 2012 werden de belangen van Arica behartigd door
spelersmakelaar Arie Treffers. Op verzoek van Arica is de
spelersmakelaarsovereenkomst met Arie Treffers beëindigd. Tussen Ajax en de
toenmalige zaakwaarnemer van Arica, Arie Treffers, is gesproken over een nieuwe/verlengde arbeidsovereenkomst tussen Ajax en Arica.
Door Ajax is in de loop
van 2012 het voorstel gedaan de doorlopende arbeidsovereenkomst open te breken
en een arbeidsovereenkomst voor de duur van 2 jaren aan te gaan, zulks vanaf 1
juli 2012 tot en met 30 juni 2014. Onderdeel van dat aanbod was dat Arica in de
periode van 1 juli 2012 tot 30 juni 2013 € 50.000,-- bruto als salaris zou gaan
verdienen en in de periode 1 juli 2013 tot 30 juni 2014 € 75.000,-- bruto.
Arica heeft het aanbod
van Ajax destijds niet aanvaard.
In de zomer van 2012
heeft EL H&B Arica benaderd met het verzoek hem te mogen begeleiden. Arica
heeft daarmee ingestemd.
EL H&B
Sportsmanagement B.V. heeft een spelersmakelaarsovereenkomst gesloten met
Arica. In de overeenkomst d.d. 13 oktober 2012 is onder andere het volgende
bepaald.
"1.1 De
spelersmakelaar is exclusief bevoegd de speler bij te staan in de ontwikkeling
van zijn professionele carrière en te vertegenwoordigen bij het benaderen van,
en onderhandelen met clubs en diens vertegenwoordigers, één en ander met als
doelstelling het realiseren van een arbeidsovereenkomst tussen de speler en de
club.
1.4 De
speler is gehouden bij elke toenadering door een derde betreffende een onderwerp
dat valt onder deze overeenkomst te verwijzen naar de exclusieve
vertegenwoordigingsbevoegdheid van de spelersmakelaar. De speler onthoudt zich
van het aangaan van onderhandelingen zonder tussenkomst van de spelersmakelaar.
2.1 De
Spelersmakelaar ontvangt gedurende de looptijd van dit contract een vergoeding
gelijk aan 10 procent van de bruto inkomsten die de speler uit hoofde van zijn
arbeidsovereenkomst met de club genereert. Hieronder wordt verstaan het salaris
en het tekengeld.
Daarop heeft EL H&B namens
Arica op 14 oktober 2012 een tegenvoorstel
gedaan, waarbij werd voorgesteld de arbeidsovereenkomst per 1 oktober
2012 open te breken en te laten voortduren tot 30 juni 2015 tegen een salaris
van € 150.000,-- in de periode 1 oktober 2012 tot 30 juni 2013 en voor de
resterende duur € 175.000,-- per jaar. Arica was van dat (tegen)voorstel op de
hoogte.
Volgens ontstaat er om de
één of andere reden een vertrouwensbreuk, tussen EL H&B en Arica met als
gevolg dat op op 22 oktober 2012Arica met de directeur voetbalzaken gaat praten
de heer Overmars.
Nadat de heer Overmars
nader overleg hebben gevoerd - niet in aanwezigheid van EL H&B - heeft de
heer Overmars bij e-mail d.d.22 oktober 2012 Arica als volgt bericht
" Hallo Yener,
Zoals vanochtend besproken waarbij je aangaf niet
open te staan voor een verfenging van 3 jaar.
2 jaar zoals jij wilt kunnen we als club geen
toekomstvisie op los laten.
Ajax trekt zijn aanbieding in en we vinden het heel erg jammer dat we
niet verder samen kunnen werken.
Maar dit is jouw keuze. Succes gewenst.
M. Overmars, directeur voetbalzaken".
Bij e-mail d.d. 30
oktober 2012 heeft Arica EL H&B als volgt bericht:
" Beste Fouad en Yassin,
Er zijn met betrekking van onze samenwerking toerekenbare tekortkomingen waardoor er geen
vertrouwensrelatie meer is welke benodigd is voor een verdere samenwerking, hierdoor beêindig ik per direct onze
samenwerking.
Met vriendelijke groet, Yener Arica".
Bij e-mail d.d. 31
oktober 2012 heeft EL H&B Arica als volgt bericht:
" Yener, hierbij ons reactie
op jou mail.
1. Bij de reden: "toerekenbare
tekortkomingen" hebben we helemaal geen herkenning.
2. Wat opzegging betreft verwijs ik je naar ons overeenkomst
d.d. 13 oktober 2012. Groet, Yassin Boutahar".
Tussen EL H&B en
Arica is daarna geen contact meer geweest, ondanks pogingen van EL H&B
Arica- telefonisch- te spreken.
Arica heeft eind
2012/begin 2013 met de Turkse voetbalclub Kayserispor een arbeidsovereenkomst
gesloten. Arica heeft EL H&B daarover niet geïnformeerd en EL H&B niet
bij de onderhandelingen betrokken.
Bij brief d.d. 22 januari
2013 is Arica aansprakelijk gesteld voor de gestelde schade van EL H&B.
Het geschil
Partijen verschillen van
mening of de tussen hen gesloten spelersmakelaarsovereenkomst al dan niet rechtsgeldig
door Arica - buitengerechtelijk- is ontbonden en of El H&B Sportsmanagement
B.V. al dan niet een schadevergoeding toekomt op grond van vermeende
toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de spelersmakelaarsovereenkomst
door Arica.
EL H&B stelt zich op
het standpunt dat de spelersmakelaarsovereenkomst tussen partijen nog vigeert en
Arica, door EL H&B niet te betrekken bij de onderhandelingen rond de
totstandkoming van zijn arbeidsovereenkomst met Kayserispor. jegens EL H&B
toerekenbaar tekort is geschoten in de op hem uit hoofde van de
makelaarsovereenkomst drukkende verplichtingen als gevolg waarvan EL H&B schade
heeft geleden, welke schade Arica dan aan EL H&B dient te vergoeden.
Arica stelt zich op het
standpunt dat EL H&B verplichtingen uit de tussen partijen gesloten
spelersmakelaarsovereenkomst niet is nagekomen en deze tekortkomingen de (buitengerechtelijke)
ontbinding van de spelersmakelaarsovereenkomst rechtvaardigden.
Het oordeel
De arbitragecommissie
meent dat- voor zover die stelling van Arica al juist zou zijn- niet als een
tekortkoming heeft te gelden dat Arica geen nadere mogelijkheid is geboden de spelersmakelaarsovereenkomst
door een deskundige te laten beoordelen. Nog daargelaten dat niet is gebleken
dat Arica daarom heeft gevraagd, is vast komen te staan dat tussen partijen in
september 2012 een vergelijkbare spelersmakelaarsovereenkomst is gesloten en
Arica derhalve bij de ondertekening van de tweede versie -desgewenst opnieuw-
de mogelijkheid had om zich van de juistheid van de daarin opgenomen bepalingen
te vergewissen. Ook heeft Arica na 12 oktober 2012 bij EL H&B op geen enkel
moment aangegeven dat hij het met de spelersmakelaarsovereenkomst bij nader
inzien - toch niet eens was.
Dat tussen Arica en EL
H&B zou zijn afgesproken dat Arica van alle contacten en correspondentie op
hetzelfde moment (via een cc) op de hoogte zou worden gebracht, is de
arbitragecommissie niet gebleken. In casu is voor de arbitragecommissie
voldoende komen vast te staan dat het tegenvoorstel dat door EL H&B namens
Arica op 14 oktober 2012 aan Ajax is gedaan, vooraf met Arica is besproken. Het
uiteindelijke voorstel is, nadat het aan de heer Overmars is gemaild, binnen
een uur ook aan Arica gemaild. De arbitragecommissie acht dat toereikend. Van
een tekortkoming aan de zijde van EL H&B is dan ook geen sprake.
EL H&B en Arica zijn
met het aantreden van de heer Overmars als directeur voetbalzaken bij Ajax
geconfronteerd met een nieuw beleid. Anders dan voorheen was Ajax niet langer
bereid om Arica een verbeterde arbeidsovereenkomst voor een kortere periode aan
te bieden. Ajax wenste Arica voor een langere periode te contracteren. Het is
de arbitragecommissie niet gebleken dat EL H&B in strijd met de instructies
van Arica met Ajax heeft onderhandeld. De arbitragecommissie meent dat ook het
tegenvoorstel van 14 oktober 2012 in lijn is met de instructies van Arica. Dat
dat tegenvoorstel niet tot overeenstemming heeft geleid, kan EL H&B niet
worden toegerekend; Ajax wenste immers een langere contractduur dan door EL
H&B namens Arica was voorgesteld.
Ook op dit punt is EL
H&B jegens Arica niet tekortgeschoten.
Dat IEL H&B aan Arica
advies heeft gegeven hoe- in de onderhandelingsperiode-op te treden, past in de
visie van de arbitragecommissie in de rol die EL H&B als spelersmakelaar
had. Die handelwijze vormt- in de gegeven omstandigheden - geen toerekenbare
tekortkoming.
De arbitragecommissie
overweegt al met al dat EL H&B niet toerekenbaar tekort is geschoten jegens
Arica en de buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst dan ook geen
doel treft.
Dat maakt dat de
spelersmakelaarsovereenkomst tussen partijen niet (rechtsgeldig) door Arica is
opgezegd c.q. beëindigd en dat Arica gehouden is de schade te vergoeden die EL
H&B heeft geleden.
Zulks brengt mede dat de
arbitragecommissie heeft te onderzoeken of EL H&B schade heeft geleden als
gevolg van het feit dat Arica haar niet heeft betrokken bij de totstandkoming
van diens arbeidsovereenkomst met Kayserispor en zo ja, hoe hoog die schade
redelijkerwijs is, zulks mede indachtig het bepaalde in artikel19.7 van de FIFA
Regulations on the Transfer of Players . In dat kader heeft EL H&B zich
uitdrukkelijk op het standpunt gesteld dat Arica zich in die onderhandelingen
en bij de totstandkoming van die arbeidsovereenkomst door een andere
spelersmakelaar heeft laten bijstaan. Ook gelet op het uitdrukkelijke
(getuigen)bewijs dat EL H&B ter zake heeft aangeboden, zal EL H&B in de
gelegenheid worden gesteld deze stelling te bewijzen.