Feiten
Een vrouw van Molukse afkomst is
toeschouwer bij een voetbalwedstrijd bij Voetbalvereniging Germania. Volgens de
vrouw worden er tijdens de wedstrijd discriminatoire opmerkingen gemaakt door
de supporters van de voetbalvereniging. Zij dient hierover een klacht in bij de
voetbalvereniging en bij Stichting Artikel 1 Overijssel (hierna: de Stichting),
die personen bijstaat die menen dat zij zijn gediscrimineerd. De
voetbalvereniging reageert binnen de gestelde termijn per brief van 21 mei 2012
op de discriminatieklacht. In de brief staat dat over en weer, door beide
supportersgroepen, woorden zijn gevallen, dat niet meer kan worden achterhaald
wie wat heeft gezegd en dat het bestuur afstand neemt van de door de vrouw
gestelde discriminatoire opmerkingen. De vrouw is niet tevreden over de
afhandeling van haar klacht, omdat niet duidelijk is hoe haar klacht is
onderzocht en hoe discriminatie in de toekomst wordt voorkomen. Ook voert zij
aan dat zij niet is gehoord en dat niet is gereageerd op een voicemailbericht
van de Stichting dat zij niet tevreden is over de klachtbehandeling. De
voetbalvereniging zegt dat zij deze voicemail nooit heeft ontvangen en pas op
11 juli 2013 begreep dat de vrouw niet tevreden was over de klachtbehandeling
toen zij hierover een brief ontving van het College.
Oordeel
College
Het College voor de Rechten van de Mens
spreekt als zijn oordeel uit dat niet is gebleken dat Voetbalvereniging
Germania jegens de vrouw onderscheid heeft gemaakt op grond van ras door de
wijze waarop zij haar discriminatieklacht heeft behandeld.
Toelichting
Het verbod van onderscheid, omvat tevens de
verplichting om klachten over discriminatie zorgvuldig te behandelen. In dit
geval moet ervan worden uitgegaan dat de voetbalvereniging pas wist dat de
vrouw de klacht niet zorgvuldig behandeld vond toen zij hierover een brief
ontving van het College. Dit was ruim een jaar na haar schriftelijke reactie
van 21 mei 2012 op de discriminatieklacht. Omdat de voetbalvereniging stelt dat
zij de voicemail van de Stichting nooit heeft ontvangen, kan namelijk niet
worden vastgesteld dat de vrouw na de reactie van 21 mei 2012 nog contact heeft
opgenomen met de voetbalvereniging. Ter zitting is verder komen vast te staan
dat de voetbalvereniging naar aanleiding van de discriminatieklacht 5 รก 6
mensen heeft gehoord en dat zij met ingang van 19 februari 2013 een gedragscode
heeft waarin staat dat discriminatie niet wordt geaccepteerd en aanleiding kan
zijn voor sancties. Tot slot is relevant dat de voetbalvereniging tijdig en
binnen de door de Stichting gestelde reactietermijn heeft gereageerd op de
klacht. Daarom is niet gebleken dat de voetbalvereniging onderscheid op grond
van ras heeft gemaakt door de wijze waarop zij de discriminatieklacht heeft
behandeld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten