De
feiten
De verkopers hebben eind 2011 op
www.marktplaats.nl de pony Eindershof Carlos te koop aangeboden. In de
advertentie is, voor zover van belang, vermeld:
“Te koop super
allround D-pony Einderhofs Carlos
(…)
Niveau:
Nationaal.
Nationaal.
(…)
Beschrijving
(…)
Carlos is een lieve
pony, die zeer geschikt is om veel van te leren. Het is een hoog geschoolde
pony, hij kent alle kunstjes tot en met de wissels om de pas. Ook is hij
allround, wat wil zeggen dat hij goed kan dressuren maar ook heel goed kan
springen.
(…) Het is een pony
die graag voor je aan het werk wil en hij houdt van wedstrijden.
(…)”
De koper was eind 2011 op zoek naar een
brave wedstrijdpony voor zijn twaalfjarige dochter.
De koper heeft op 22 oktober 2011 de
pony Eindershof Carlos gekocht van de verkopers voor een bedrag van € 6.000,-. In
deze koopovereenkomst staat onder meer:
“6.
(…)
Carlos is verkocht als een allround sportpony.
Verkoper verklaart kennis te hebben genomen van de hierboven
omschreven bedoeling van de koper en verklaart dat het onder 1 beschreven dier
(hof: Eindershof Carlos) hiervoor geschikt is.”
Eindershof Carlos is op 22 oktober 2011
aan de koper geleverd.
In eerste aanleg vorderde de koper,
verkort weergegeven, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad voor recht te
verklaren dat de koopovereenkomst is ontbonden dan wel deze alsnog te ontbinden
en, subsidiair, voor recht te verklaren dat de koopovereenkomst is vernietigd
dan wel deze alsnog te vernietigen.
Grondslag
van de vordering
Op 24 oktober 2011 wilde de dochter van
de koper voor de eerste keer op Eindershof Carlos gaan rijden. Hierbij is het
echter vreselijk mis gegaan. Tijdens het opstappen steigerde Eindershof Carlos
zonder enige aanleiding en heeft hij zichzelf geheel omgegooid. Hierbij is dochter
van de koper onder de pony terecht gekomen, gelukkig zonder ernstig letsel. Ook
bij het poetsen vertoonde Eindershof Carlos zeer onberekenbaar gedrag en
steigerde hij veel.
Vervolgens heeft de koper de pony op 27
oktober 2011 door de dierenarts laten onderzoeken. Deze constateerde dat
Eindershof Carlos bij algemeen palpatie van het lichaam zeer sensibel is alsook
dat het dier tijdens het opzadelen extreem steigerde en zich bijna achterover
liet vallen. Volgens de koper bevestigde de dierenarts verder dat dit gebrek
reeds aanwezig moet zijn geweest op het moment van aankoop en dat het om
levensgevaarlijk gedrag voor ruiter en/of begeleider gaat.
Daarnaast wees nader onderzoek door de
koper in de tussentijd nog uit dat het door de verkopers genoemde niveau, nationaal,
absoluut niet correct is. Tijdens de bezichtigingen van de pony voorafgaand aan
de koop hebben de verkopers telkens benadrukt dat het een lieve en betrouwbare
leerpony was, uitermate geschikt voor kinderen en een goede wedstrijdpony. De
verkopers hebben geen melding van gebreken of gedragsproblemen van de pony
gemaakt.
De koper stelt zich primair op het
standpunt dat de pony niet voldoet aan de koopovereenkomst althans niet aan de
verwachtingen die hij op grond daarvan van het dier kan en mag hebben. Er is dan ook sprake van non-conformiteit
als bedoeld in artikel 7:17 lid 2 BW. de koper is gerechtigd op grond van
artikel 6:265 lid 1 BW de overeenkomst te ontbinden en restitutie van het
aankoopbedrag te vorderen. Subsidiair stelt hij zich op het standpunt dat de
koopovereenkomst vernietigbaar is wegens dwaling.
Oordeel
kantonrechter
In het vonnis waarvan beroep van 10 juli
2012 heeft de kantonrechter overwogen dat gelet op de tegengestelde standpunten
van partijen hij het noodzakelijk acht om zich te laten adviseren door een ter
zake deskundige en dat partijen ter comparitie ingestemd hebben met de
benoeming van een deskundige. De kantonrechter heeft vervolgens de dierenarts
S. Welschen tot deskundige benoemd en de deskundige opgedragen om de in dat
vonnis geformuleerde vragen te beantwoorden. De kantonrechter heeft ook
opgenomen dat bij de rijtechnische beoordeling rijstal Dijkerhoeve van de
familie Dorssers zal worden ingeschakeld.
De deskundige heeft op 20 december 2012
een (definitief) rapport uitgebracht. Dit rapport is naast door Welschen
voornoemd ondertekend door mw. S. Dorssers van stal Dijkerhoeve.
In
het vonnis waarvan beroep van 10 juli 2013 heeft de kantonrechter overwogen dat
de deskundige heeft geconcludeerd dat de pony een duidelijke gedragsafwijking,
te weten zadeldwang gecombineerd met een lichte vorm van singelnijd, vertoont,
dat deze gedragsafwijking volgens Welschen bij de verkopers bekend was en zij
daarmee konden omgaan maar dit voor de dochter van de koper niet mogelijk is en
ook risico’s meebrengt. De kantonrechter is van
oordeel dat de gekochte pony, die bestemd was voor de twaalfjarige dochter van de
koper, nu die is aangeboden als lieve en betrouwbare leerpony, geschikt voor
kinderen, niet voldoet aan de eisen die de koper redelijkerwijs aan de pony
mocht stellen. de koper heeft gelet hierop terecht de koopovereenkomst
ontbonden, aldus de kantonrechter.
Op grond daarvan heeft de kantonrechter
de primair gevorderde verklaring voor recht toegewezen. Ook heeft hij de
vordering om de pony op te halen en weer in bezit te nemen en de veroordeling
tot terugbetaling van de door de koper betaalde koopsom van € 6.000,-
toegewezen. De gevorderde schadevergoeding is gedeeltelijk toegewezen. De
gevorderde buitengerechtelijke kosten zijn afgewezen. De verkopers zijn als de
ongelijk gesteld partij veroordeeld in de kosten van de procedure.
Verweer
verkopers
De verkopers hebben in hoger beroep in
totaal zes grieven aangevoerd. De belangrijkste grieven, grieven 3, 4 en 5, strekken
ten betoge dat er geen sprake is van non-conformiteit. Grief 6 houdt in dat de
geconstateerde afwijking van zo geringe betekenis is dat deze ontbinding van de
koopovereenkomst niet rechtvaardigt.
Bij de beoordeling van de grieven 3, 4
en 5 stelt het hof het volgende voorop.
Op grond van het conformiteitsvereiste
van artikel 7:17 lid 1 BW moet bij een koopovereenkomst de afgeleverde zaak aan
de overeenkomst beantwoorden. Ingevolge artikel 7:17 lid 2 BW beantwoordt een
zaak (in ieder geval) niet aan de overeenkomst indien zij mede gelet op de aard
van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet
de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht
verwachten. Voorts mag de koper verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit
die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid
niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een
bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien.
Het is in dit geval aan de koper als
koper om te stellen en bij voldoende betwisting te bewijzen dat niet voldaan is
aan het conformiteitsvereiste.
Gesteld
noch gebleken is dat de verkopers de pony hebben verkocht handelend in de
uitoefening van een beroep of bedrijf, zodat het hof ervan uitgaat dat geen
sprake is van een consumentenkoop. Het vermoeden van artikel 7:18 lid 2 BW mist
dan ook toepassing.
In eerste aanleg heeft bewijslevering
plaatsgevonden in de vorm van deskundigenbewijs. In het vonnis waarvan beroep
van 10 juli 2012 heeft de kantonrechter als vraag 1 geformuleerd of de pony
afwijkend gedrag vertoont. Blijkens het rapport heeft de deskundige deze vraag
als volgt beantwoord:
“De pony vertoont zeker afwijkend gedrag, nl. tijdens het opzadelen
van de pony stond hij erg onrustig en gespannen op de wasplaats. Tijdens het
zadelen en singelen werd dit gedrag nog sterker. Een duidelijk aanwezige
zadeldwang met een in lichte mate aanwezig singelnijd.”
In de conclusie van het rapport heeft de
deskundige vervolgens opgenomen dat de pony een duidelijke gedragsafwijking, te
weten zadeldwang gecombineerd met een lichte vorm van singelnijd, heeft, zoals
de kantonrechter heeft overwogen.
In zoverre wordt het deskundigenrapport
door de grieven niet, althans niet voldoende duidelijk, bestreden. In de
toelichting op grief 4 hebben de verkopers het hof verzocht het deel van het
deskundigenrapport buiten beschouwing te laten dat op de vragen 2 en 3 (en niet
vraag 1) ziet. Voor zover de verkopers betwisten dat er sprake is van
zadeldwang en singelnijd, hebben zij terzake geen althans onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld om daarin
aanleiding te zien van de conclusie van het deskundigenrapport af te wijken.
Volgens de verkopers had moeten worden
onderzocht of het gebrek het gevolg is van een karakterafwijking of van
invloeden als ziekte en pijnlijkheid. Het hof volgt de verkopers daarin niet.
Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien waarom de
oorzaak van het gebrek relevant is. Het gaat er immers om of de verkopers een
gebrekkige pony aan de koper hebben geleverd.
Het
hof komt de door de deskundige gebezigde motivering voor de conclusie overtuigend
voor. Blijkens het rapport heeft Welschen op 29
oktober 2012 de pony zelf bekeken en onderzocht tijdens de voorbereiding (het
poetsen), het zadelen en het aantrekken van de singel. Voorts vindt deze
conclusie steun in het onderzoek van de dierenarts [dierenarts] op 27 oktober
2011. Ook is door de verkopers op zichzelf niet betwist dat het door de koper
aangevoerde incident van de pony met dochter van de koper op 24 oktober 2011
zich heeft voorgedaan. Het hof zal de conclusie dat de pony de beschreven
gedragsafwijking heeft daarom volgen.
Het hof is van oordeel dat de pony
Eindershof Carlos gelet op deze gedragsafwijking, welke als een gebrek dient te
worden aangemerkt, niet aan de door de koper en de verkopers aangegane koopovereenkomst
beantwoordde. Daartoe overweegt het hof, in respons op de door de verkopers bij
de grieven gevoerde verweren, verder als volgt.
De verkopers betwisten dat de pony dit
gebrek had ten tijde van of vóór de koop/levering. Zij stellen dat het een door
de koper zelf veroorzaakt karaktergebrek betreft, naar het hof begrijpt omdat de
koper niet op de juiste wijze met Eindershof Carlos is omgegaan. Het hof
overweegt dienaangaande het volgende. De koop/levering heeft plaatsgevonden op
22 oktober 2011 en reeds op 24 oktober 2011, de eerste keer dat dochter van de
koper met de pony wilde gaan rijden, heeft het incident plaatsgevonden en drie
dagen later, op 27 oktober 2011, heeft de dierenarts Eindershof Carlos
onderzocht. Onbetwist is dat deze dierenarts toen al heeft geconstateerd dat de
pony zeer sensibel is bij palpatie (voelen) van het lichaam en extreem
steigerde tijdens het opzadelen. Het onderzoek van de deskundige van ongeveer
een jaar later bevestigde het bestaan van het gebrek. Uit de opmerkingen van
dierenarts en de deskundige valt af te leiden dat de pony dit reeds had ten
tijde van of vóór de koop/levering, zij het gezien de bevindingen van de
deskundige mogelijk minder manifest omdat er bij de verkopers een speciaal
protocol was voor het zadelen van Eindershof Carlos zodat dat goed ging. Ook
uit de stellingen van de verkopers blijkt dat er reeds voorafgaand aan de
levering een ‘gebruiksaanwijzing’ voor de omgang met de pony nodig was.
Tegenover al het voorgaande in onderling verband en samenhang bezien, acht het
hof de onderhavige betwisting onvoldoende gemotiveerd. Aan (nadere)
bewijslevering komt het hof op dit punt daarom niet toe.
Voorts hebben de verkopers ten verwere
naar voren gebracht dat zij voorafgaand aan de koop de koper hebben
gewaarschuwd dat Eindershof Carlos een gevoelige sportpony met een
gebruiksaanwijzing is en uitgebreide instructies hebben gegeven zodat het
aansingelen en zadelen goed zouden gaan. Voorts hebben zij de koper de
mogelijkheid gegeven de pony zelf door een dierenarts te laten keuren, de
instructrice na de levering te laten helpen met de pony en de koop voor de duur
van een week op proef te sluiten, maar de koper heeft dit geweigerd, aldus de
verkopers Ook stellen de verkopers dat dochter van de koper tijdens het
bezichtigen bij de omgang met de pony zonder problemen is begeleid, ook bij het
opzadelen, aansingelen en opstijgen.
Ook
indien dit alles juist zou zijn, hetgeen de koper overigens ten dele betwist
zodat dit niet vaststaat, dan heeft naar het oordeel van het hof te gelden dat
gelet op de gedragsafwijking Eindershof Carlos niet aan de koopovereenkomst
beantwoordde. Daartoe overweegt het hof voorts het
volgende. Duidelijk is dat de verkopers aan de koper niet hebben meegedeeld dat
de pony een duidelijke gedragsafwijking, te weten zadeldwang gecombineerd met een
lichte vorm van singelnijd, heeft. Die mededeling hoefde vanzelfsprekend niet
letterlijk in deze woorden te worden gedaan, maar de verkopers hadden de koper
voorafgaand aan of bij het sluiten van de koopovereenkomst in duidelijke
bewoordingen moeten wijzen op de gedragsafwijking, te meer nu de pony in de advertentie is aangeprezen
als ‘lieve pony, die zeer geschikt is om veel van te leren’. Het hof volgt de
verkopers niet waar zij stellen dat met dit onderdeel van de advertentie
duidelijk alleen wordt gedoeld op het gedrag tijdens het rijden en niet op het
gedrag van de pony tijdens bijvoorbeeld het poetsen en zadelen. Dat sprake zou
zijn van een duidelijke gedragsafwijking, heeft de koper ook redelijkerwijs
niet hoeven begrijpen uit de gestelde mededelingen, en evenmin uit de
advertentie op www.marktplaats.nl. Voorts was bij de verkopers bekend dat de
pony was bestemd voor de dochter van de koper, de (destijds) twaalfjarige
dochter van de koper. Genoegzaam is gebleken dat de gedragsafwijking een
normaal gebruik van de pony door dochter van de koper in de weg stond. Ook op
dit punt is bewijslevering niet aan de orde.
Het vorenstaande brengt mee dat de
grieven 3, 4 en 5 (en de grieven 1 en 2 voor zover die een nadere toelichting
geven bij deze grieven), falen.
Grief 6 faalt eveneens. Gelet op het
ernstige gebrek, dat door de dierenarts als levensgevaarlijk voor ruiter en/of
begeleider wordt bestempeld, terwijl ook de deskundige in haar rapport vermeldt
dat er risico’s voor dochter van de koper zijn, in onderlinge verband en
samenhang bezien met het incident dat reeds heeft plaatsgevonden, kan niet gezegd worden dat er sprake is van
een tekortkoming die gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis de
ontbinding van de koopovereenkomst niet rechtvaardigt. De rijtechnische
kwaliteiten van de pony, die niet (langer) in geschil zijn, maken dat niet
anders. De koper was derhalve gerechtigd om de koopovereenkomst te ontbinden.
Het voorgaande leidt tot de conclusie
dat de vonnissen waarvan beroep dienen te worden bekrachtigd. Dit betekent ook
dat de terugbetalingsvordering van de verkopers niet toewijsbaar is. Als de in
het ongelijk gestelde partij zullen de verkopers worden veroordeeld in de
proceskosten in hoger beroep.
De uitspraak
Het hof bekrachtigt het vonnis van de
kantonrechter
Geen opmerkingen:
Een reactie posten