Inhoudsopgave
Mr. P. Disseldorp, Voetballers niet
langer te koop!?
Voetbalclubs die talentvolle spelers willen aantrekken, dienen steeds dieper in de buidel te tasten. Voor een speler uit een van de topcompetities wordt inmiddels gemiddeld ongeveer € 10 miljoen betaald, en voor de echte topspelers zijn transferbedragen van meer dan € 50 miljoen eerder regel dan uitzondering. Wie de hoogte van deze bedragen ziet, begrijpt dat veel voetbalclubs dergelijke bedragen niet kunnen betalen. Om toch talentvolle spelers aan te kunnen trekken en een rol van betekenis te kunnen spelen, gaan sommige van deze clubs logischerwijs op zoek naar alternatieven. In dit artikel wordt ingegaan op een van deze alternatieven: het fenomeen Third Party Ownership. Nagegaan wordt wat dit fenomeen precies inhoudt, en hoe het zich verhoudt tot het (Europese) recht.
Mr. D.C.H.M. Stevens, Voetballers schorsen is geen goed plan.
Het onthouden van arbeid vanuit zakelijk oogpunt botst met het beginsel van
goed werkgeverschap
Regelmatig komt het voor dat een contractspeler door een betaaldvoetbalorganisatie wordt gedegradeerd naar het tweede/beloftenelftal. In het standaard spelerscontract is opgenomen dat een contractspeler gehouden is zich beschikbaar te stellen voor de trainingen en wedstrijden van de selectie voor het eerste elftal en het tweede/beloftenelftal. De arbitragecommissie is van oordeel dat een contractspeler gehouden is aan genoemde clausule, maar een club mag niet naar willekeur gebruikmaken van deze clausule. In dit artikel wordt neergezet wat de juridische grenzen zijn om een speler deelname aan activiteiten van de selectie van het eerste elftal te ontzeggen en hoe dit zich verhoudt tot het beginsel van goed werkgeverschap ex art. 7:611 BW. Bepalend is of het besluit van een club voortkomt uit een zakelijk geschil, op basis van een disciplinaire grondslag of wegens sportieve redenen. Dit artikel gaat nadrukkelijk in op het nationale recht. In een latere editie wordt nader ingegaan op de internationale dimensie van dit onderwerp.
Mr. M.I. van Dijk, T. Wilms, Jurisprudentie
Inhoudsopgave 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten