donderdag 21 juli 2016

Reclame Basic Fit “gratis inschrijving en gratis sporten tot 1 juli 2016” in strijd met Nederlandse Reclame Code

De bestreden reclame-uitingen
Uiting 1

Het betreft een televisiecommercial van adverteerder waarin – voor zover hier van belang – wordt gezegd:
“Voel je goed, beter, op je best met Basic Fit. Al vanaf 17,99 per maand. Schrijf je nu gratis in en sport tot juli gratis”.

In beeld zijn sportende mensen te zien alsmede de tekst:
“Vanaf 17.99 p/m. Schrijf je gratis in en sport tot juli gratis”.

Uiting 2

Het betreft een radiocommercial van adverteerder waarin – voor zover hier van belang –  wordt gezegd:
”Voel je goed, beter, op je best met Basic Fit. Al vanaf 17,99 per maand. Schrijf je nu gratis in en sport tot juli gratis”.

 De klacht
In de uitingen wordt gezegd: “gratis inschrijving en gratis sporten tot 1 juli 2016”. Klaagster was van plan om bij adverteerder het duurste abonnement (basic-fit flex) af te sluiten, maar kwam er achter – doordat zij de website van adverteerder bezocht – dat de actie niet geldt voor deze abonnementsvorm.

Het oordeel van de Commissie
De Commissie begrijpt de klacht aldus, dat klaagster de onderhavige uitingen misleidend acht, nu hierin de indruk wordt gewekt dat men bij adverteerder – zonder voorbehoud – tot 1 juli 2016 gratis kan sporten en geen inschrijfkosten hoeft te betalen, terwijl de consument wel inschrijfkosten verschuldigd is indien hij kiest voor de abonnementsvorm ‘basic-fit flex’.
Nu in beide uitingen zonder voorbehoud wordt gezegd: “schrijf je gratis in en sport tot juli gratis”, terwijl klaagster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de consument voor het zogenoemde ‘basic-fit flex’ abonnement – anders dan in de uiting staat vermeld – wel inschrijfkosten dient te voldoen, is de Commissie van oordeel dat er onjuiste informatie is verstrekt in de zin van artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden zijn beide uitingen misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing

De Commissie acht op grond van het voorgaande de reclame-uitingen in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

zaterdag 16 juli 2016

Voorzieningenrechter: toelaten van De Graafschap tot de Eredivisie is praktisch onuitvoerbaar


De Feiten
De Graafschap wilde als 19e club worden toegelaten aan de Eredivisie omdat zij stelt dat FC Twente ten onrechte is toegelaten door de beroepscommissie. Volgens De Graafschap zal het besluit van de beroepscommissie in een zogenaamde bodemprocedure onderuit gaan en zal FC Twente halverwege het seizoen uit de competitie worden gezet. Om de chaos die zou ontstaan, en om de schade te beperken, zou De Graafschap alvast toegelaten moeten worden.

Oordeel van de voorzieningenrechter


Het toevoegen van een extra team aan het competitieprogramma, dat begin augustus van start gaat, is onhaalbaar, zo oordeelt de rechter. Een extra club in de Eredivisie heeft gevolgen voor het hele competitieprogramma van de Eredivisie, maar ook voor de Eerste Divisie. Naast alle uitgangspunten van de KNVB zoals uit/thuis verhouding en verdeling van live tv-wedstrijden zal er ook met gemeenten en politie moeten worden afgestemd. In drie weken is dat praktisch onmogelijk, zo oordeelt de rechter.

dinsdag 5 juli 2016

Nieuwe herziene druk boek: Rechters als scheidsrechters

Vijftig actuele en opmerkelijke zaken uit het sportrechtjaar 2014

Auteur: mr. Maarten Vrolijk
Juli 2016
220 pagina’s
€ 24,95

Sport mag zich verheugen in een grote belangstelling. In de media en de politiek wordt uitgebreid aandacht besteed aan zaken als doping, matchfixing en supportersgeweld. Daarnaast blijven de commerciële belangen onverminderd groot. Clubs geven miljoenen uit aan spelerssalarissen en bedragen voor televisierechten blijven stijgen. Zo betalen Sky Sports en BT Sports € 7 miljard voor drie seizoenen Premier League. Deze ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat discussies over bijvoorbeeld onbetaalde salarissen en dopingstraffen steeds vaker worden gevoerd voor rechtbanken en arbitragecommissies.
In tegenstelling tot wedstrijden moeten deze zaken het vaak doen met een onvolledige weergave in de media. Dat is begrijpelijk, omdat sportrecht een bonte verzameling is van complexe rechtsgebieden met internationale aspecten. Dit boek beoogt inzicht te geven in deze complexe maar populaire materie. Aan de hand van trefwoorden is een selectie gemaakt van binnen- en buitenlandse uitspraken uit 2014. Bij de bespreking wordt ook een korte toelichting gegeven op de juridische achtergrond van de zaak. Deze blijft vaak onderbelicht.
Mr. Maarten Vrolijk is als jurist gespecialiseerd in (internationaal) sportrecht. 

Eerder verschenen van zijn hand de boeken Rechters als scheidsrechters (2013) en De regels van de sport (2014) met zaken uit 2011/2012 en 2013.


Het boek is in eigen beheer door de auteur uitgegeven en kan alleen via hem worden besteld (asksportrecht@gmail.com).

CAS Bulletin 2015/2: Jurisprudentieoverzicht belangrijke uitspraken Court of Arbitration for Sport (CAS)

The CAS 2015/2 can be found HERE

Previous publications: can be found HERE




Articles et commentaires/Articles and Commentaries
Applicable law in football-related disputes
- The relationship between the CAS Code, the FIFA Statutes and the agreement of the parties
on the application of national law –
Ulrich Haas

A brief review of recent CAS Jurisprudence relating to football transfers
Mark A. Hovell

Mediation of sports-related disputes: facts, statistics and prospects for CAS mediation procedures
Despina Mavromati

Arbitration and the European Convention on Human Rights
Wilhelmina Thomassen

Jurisprudence majeure/Leading Cases
CAS 2014/A/3491
FC Karpaty v. Leonid Kovel & FC Dinamo Minsk
1 May 2015

CAS 2014/A/3572
Sherone Simpson v. Jamaica Anti-Doping Commission (JADCO)
7 July 2015

CAS 2014/A/3647
Sporting Clube de Portugal SAD v. SASP OGC Nice Côte d’Azur
CAS 2014/A/3648
SASP OGC Nice Côte d’Azur v. Sporting Clube de Portugal SAD
11 May 2015

CAS 2014/A/3652
KRC Genk c. LOSC Lille Métropole
5 juin 2015

CAS 2014/A/3703
Legia Warszawa SA v. Union des Associations Européennes de Football (UEFA)
28 April 2015

CAS 2014/A/3706
Christophe Grondin v. Al-Faisaly Football Club
17 April 2015

CAS 2014/A/3710
Bologna FC 1909 S.p.A. v. FC Barcelona
22 April 2015

CAS 2014/A/3759  
Dutee Chand v. Athletics Federation of India (AFI) & International Association of Athletics
Federations (IAAF)
24 July 2015

2014/A/3793
Fútbol Club Barcelona v. Fédération Internationale de Football Association (FIFA)
24 April 2015 (operative part of 30 December 2014)

CAS 2014/A/3870
Bursaspor Kulübü Derneği v. Union des Associations Européennes de Football (UEFA)
11 June 2015

CAS 2015/A/3874
Football Association of Albania (FAA) v. Union des Associations Européennes de Football
(UEFA) & Football Association of Serbia (FAS)
10 July 2015

CAS 2015/A/3876
James Stewart Jr. v. Fédération Internationale de Motocyclisme (FIM)
27 April 2015

Jugements du Tribunal Fédéral/Judgements of the Federal Tribunal

Arrêt du Tribunal fédéral 4A_246/2014
15 juillet 2015
A. SA (recourant) c. B. et al. (intimés) et Fédération L. (intimée)

Arrêt du Tribunal fédéral 4A_426/2014
6 mai 2015
Club A. (recourant) c. Club B. (intimé)

Arrêt du Tribunal fédéral 4A_70/2015
29 avril 2015
A. Sport Club (recourant) c. B. (intimé)


Informations diverses/Miscellanous.

State aid: Commission decides Spanish professional football clubs have to pay back incompatible aid

Following three separate in-depth investigations, the European Commission has concluded that public support measures granted by Spain to seven professional football clubs gave those clubs an unfair advantage over other clubs in breach of EU State aid rules. As a result, Spain has to recover the illegal State aid amounts from the seven clubs, namely FC Barcelona, Real Madrid, Valencia, Athletic Bilbao, Atlético Osasuna, Elche and Hercules.

Commissioner Margrethe Vestager, in charge of competition policy, commented: "Using tax payers' money to finance professional football clubs can create unfair competition. Professional football is a commercial activity with significant money involved and public money must comply with fair competition rules. The subsidies we investigated in these cases did not."

EU State aid rules apply to public interventions in the market to ensure that they do not distort competition by selectively favouring one market participant over another. Professional sport is an economic activity. Football clubs conduct marketing, merchandising, TV broadcasting, transfer of players etc., and compete at international level. In many cases, professional football clubs have significant turnover. EU State aid rules ensure that public funding does not distort competition between clubs. They protect the level playing field for the majority of professional clubs who have to operate without subsidies.
The first investigation concerned tax privileges in favour of Real MadridFC BarcelonaAthletic Bilbao and Atlético Osasuna. In Spain, professional football clubs are considered as limited liability companies for tax purposes. However, these four clubs were treated as non-profit organisations, which pay a 5% lower tax rate on profit than limited liability companies. The four clubs benefitted from this lower tax rate during over twenty years, without an objective justification. Spain has in the meantime adjusted its legislation on corporate taxation to end this discriminatory treatment effective as of January 2016. To remove the undue advantage received in the past, the clubs now have to return the unpaid taxes. Based on available information the Commission estimates that the amounts that need to be recovered are limited (€0-5 million per club) but the precise amounts that need to be paid back are to be determined by the Spanish authorities in the recovery process.
In a second investigation, the Commission examined a land transfer between Real Madrid and the City of Madrid. The inquiry determined, based on an independent study, that the land affected by the transaction was overvalued by €18.4 million. This gave Real Madrid an unjustified advantage over other clubs, which it now needs to pay back.
Finally, the Commission investigated guarantees given by the State-owned Valencia Institute of Finance (IVF) for loans granted to three Valencia football clubs (ValenciaHercules and Elche). At the time, those clubs were in financial difficulties. The public guarantee allowed the clubs to obtain the loans on more favourable terms. As the clubs paid no adequate remuneration for the guarantees, this gave them an economic advantage over other clubs, who have to raise money without state backing. The state financing was not linked to any restructuring plan to make the clubs viable and none of them implemented compensatory measures to offset the distortion of competition created by the subsidy. In order to restore the level playing field with non-subsidised clubs, Valencia, Hercules and Elche now have to pay back the advantage they received. This amounts to €20.4 million for Valencia, €6.1 million for Hercules and €3.7 million for Elche.
The Commission's investigation covered the following measures:
Name of club
Year of measure
Description
Real Madrid CF
2011
A settlement on a transfer of land from the City of Madrid to Real Madrid agreed in 1998. Eventually, the transfer did not take place. The settlement to compensate for the absence of the transfer was based on a re-evaluation of that land at a value of €22.7 million, instead of the 1998 value of €595 000. The Commission investigation showed that Real Madrid was entitled to compensation of €4.3 million, so that Real Madrid obtained an advantage of €18.4 million.
Real Madrid CF, FC Barcelona, Athletic Club Bilbao, Club Atlético Osasuna
Since 1990
Privileges regarding corporate taxation of Real Madrid CF, FC Barcelona, Athletic Club Bilbao and Club Atlético Osasuna. These fourclubs were exempted from the general obligation for professional football clubs to become sport limited companies. The effect of this exemption was that these four clubs enjoyed a preferential corporate tax rate of 25% instead of 30% applicable to sport limited companies. Spain has adjusted its legislation on corporate taxation to end this discriminatory treatment effective as of January 2016.
Valencia CF
2009 and 2010
2009: State guarantee by the Valencia Institute of Finance for a bank loan of €75 million from Bancaja (now Bankia) to Fundaciόn Valencia Club de Fútbol, which was used to finance the acquisition of shares of Valencia CF by Fundaciόn Valencia Club de Fútbol.
2010: The Valencia Institute of Finance increased its guarantee to Fundaciόn Valencia Club de Fútbol by €6 million to cover overdue capital, interest and costs, stemming from a defaulted payment of the guaranteed loan previously granted to Valencia CF.
Hercules CF
2010
State guarantee by the Valencia Institute of Finance for a bank loan of €18 million from Caja de Ahorros del Mediterraneo to Fundaciόn Hercules de Alicante, which was used to finance the acquisition of shares of Hercules CF by Fundaciόn Hercules de Alicante.
Elche CF
2013
State guarantee by the Valencia Institute of Finance for two bank loans of €14 million in total, from CAM (€9 million) and from Banco de Valencia (€5 million), to Fundaciόn Elche Club de Fútbol, which was used to finance the acquisition of shares of Elche CF by Fundaciόn Elche Club de Fútbol.

Background
Public interventions in favour of market players that carry out economic activities can be considered free of State aid within the meaning of EU rules when they are made on terms that a private operator would have accepted under market conditions (the market economy investor principle – MEIP). If the MEIP is not respected, the public interventions constitute State aid within the meaning of the EU rules (Article 107 of the Treaty on the Functioning of the European Union – TFEU), because they confer an economic advantage on the beneficiary that its competitors do not have. The Commission then assesses whether such aid is compatible with the common EU rules that allow certain categories of aid.

The Commission's action under State aid rules keeps the playing field level for the majority of professional clubs who have to operate without subsidies. Such subsidies can enable bigger or smaller clubs to overcome their rivals. They can also prevent rivals from growing and being competitive.

Decision in the case of Real Madrid can be found HERE

Staatssteun: Commissie stemt in met steunmaatregelen voor een aantal voetbalclubs in Nederland

Na een diepgaand onderzoek is de Europese Commissie tot de conclusie gekomen dat de steunmaatrelen die verscheidene Nederlandse gemeenten aan vijf voetbalclubs hebben toegekend, in overeenstemming zijn met de EU-staatssteunregels.

De Commissie stelde vast dat vier clubs (FC Den Bosch, MVV Maastricht, NEC Nijmegen en Willem II, Tilburg) steun hebben gekregen, maar dat die steun strookte met de EU-staatssteunregels. Een grondtransactie met PSV Eindhoven vormde geen steun, omdat die tegen marktvoorwaarden plaatsvond.
Commissaris Margrethe Vestager, belast met het mededingingsbeleid: "Als overheden subsidies verstrekken, bestaat het risico dat de concurrentie wordt verstoord. Profvoetbalclubs zijn ondernemingen en de Commissie moet garanderen dat de economische concurrentie tussen de clubs niet wordt verstoord door overheidssubsidies voor enkelen. In deze Nederlandse zaken hebben wij vastgesteld dat de staatssteunregels werden nageleefd en dat de concurrentie niet werd verstoord."
In maart 2013 heeft de Commissie een diepgaand onderzoek geopend om na te gaan of de maatregelen van vijf Nederlandse gemeenten ten gunste van profvoetbalclubs strookten met de EU-staatssteunregels. De EU-staatssteunregels zijn van toepassing op overheidsinterventies op de markt om te garanderen dat de mededinging niet wordt verstoord door de ene marktdeelnemer selectief te bevoordelen ten opzicht van de andere. Profsport is een economische activiteit. Voetbalclubs houden zich bezig met marketing, merchandising, televisie-uitzendingen, transfers van spelers, enz. en concurreren op internationaal niveau. In vele gevallen hebben profvoetbalclubs een aanzienlijke omzet. De EU-regels garanderen dat de overheidsfinanciering de concurrentie tussen de clubs niet verstoort. Ze beschermen het gelijke speelveld voor de meerderheid van de profclubs, die het zonder subsidies moeten doen.
Omdat de onderzochte clubs financiële moeilijkheden hadden, heeft de Commissie de maatregelen getoetst aan de richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden van 2004. Die richtsnoeren moeten ervoor zorgen dat reddings- en herstructureringssteun alleen gaat naar ondernemingen met realistische vooruitzichten op levensvatbaarheid die maatregelen nemen om de concurrentieverstoringen door de staatssteun te verminderen.
Uit het onderzoek van de Commissie is gebleken dat de voetbalclubs Den BoschMVVNEC en Willem II realistische herstructureringsplannen hebben uitgevoerd. De clubs hebben aanzienlijk bijgedragen aan de kosten van hun herstructurering en hebben ermee ingestemd om maatregelen te nemen om de concurrentieverstoringen door de overheidsfinanciering te verminderen, zoals het beperken van het aantal werknemers, het aantal geregistreerde spelers en de lonen van de spelers.
De Commissie heeft ook de "sale and leaseback"-transactie onderzocht tussen de gemeente en PSV Eindhoven van de grond waarop het Philipsstadion en een trainingscomplex werden gebouwd. Volgens de Commissie is die transactie uitgevoerd in omstandigheden die een particuliere investeerder in een markteconomie zou aanvaarden. Bij haar beoordeling hield de Commissie rekening met een onafhankelijk extern taxatierapport dat de basis van die transactie vormde.
De Commissie concludeerde daarom dat de maatregel met betrekking tot PSV Eindhoven geen staatssteun in de zin van de EU-regels vormde en dat de maatregelen met betrekking tot Den Bosch, MVV, NEC en Willem II in overeenstemming waren met de richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden van 2004.

De volgende tabel geeft een overzicht van de specifieke maatregelen waarop de besluiten betrekking hebben:
Naam van de club
Jaar van de maatregel
Beschrijving
NEC
2010
De gemeente Nijmegen kocht voor 2,2 miljoen EUR een verwervingsrecht van NEC af voor het multifunctionele sportcomplexDe Eendracht.
MVV
2010
De gemeente Maastricht zag af van een vordering van 1,7 miljoen EUR op MVV en kocht het voetbalstadion en de trainingsvelden voor 1,85 miljoen EUR.
Willem II
2010
De gemeente Tilburg verlaagde de stadionhuur retroactief. Het totale voordeel voor Willem II bedraagt 2,4 miljoen EUR.
PSV
2011
De gemeente Eindhoven kocht de gronden onder het stadion en het trainingscomplex van PSV voor 48,385 miljoen EUR. PSV betaalt jaarlijks een bedrag als pacht voor de grond van het stadion, de grond onder het trainingscomplex en een parkeerterrein.
FC Den Bosch
2011
De gemeente 's-Hertogenbosch stemde in met een schuldconversie met de voetbalclub en de andere particuliere schuldeisers en droeg haar vordering van 1,65 miljoen EUR voor één EUR over aan deStichting Met Heel Mijn Hart. De gemeente kocht ook een trainingscomplex voor 1,4 miljoen EUR.

Achtergrond
Op basis van de EU-staatssteunregels kunnen overheidsinterventies ten gunste van marktdeelnemers die economische activiteiten verrichten als vrij van staatssteun worden beschouwd wanneer ze plaatsvinden in omstandigheden die een particuliere marktdeelnemer onder marktvoorwaarden zou hebben aanvaard (beginsel van de particuliere investeerder in een markteconomie (MEIP)). Wordt dit beginsel niet in acht genomen, dan vormen overheidsinterventies staatssteun in de zin van de EU-regels (artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)), omdat ze de ontvanger van de steun een economisch voordeel opleveren dat zijn concurrenten niet genieten. De Commissie onderzoekt dan of die steun verenigbaar is met de gemeenschappelijke EU-regels waarbij bepaalde steuncategorieën worden toegestaan.
Voor ondernemingen in moeilijkheden kan steun toegestaan zijn onder de voorwaarden die zijn beschreven in de EU-richtsnoeren reddings- en herstructureringssteun. Die richtsnoeren moeten ervoor zorgen dat reddings- en herstructureringssteun alleen gaat naar ondernemingen met realistische vooruitzichten op levensvatbaarheid die maatregelen nemen om de concurrentieverstoringen door de staatssteun te verminderen. De richtsnoeren reddings- en herstructureringssteun zijn van toepassing op profvoetbalclubs.

Volgens de herziene algemene groepsvrijstellingsverordening van 2014 hoeven de lidstaten kleinschalige steunmaatregelen ten gunste van sportinfrastructuur niet voor een voorafgaand onderzoek inzake staatssteun aan te melden, voor zover die infrastructuur openstaat voor gebruik door het grote publiek.