vrijdag 24 mei 2013

Judo Bond Nederland kan judoka's niet verplichten deel te nemen aan wedstrijden in judopak sponsor van bond



De feiten
De Judo Bond Nederland (JBN) kwam er achter dat het ook anders kan lopen.
Een aantal judoka's hebben ieder voor zich een sponsorovereenkomst gesloten met een judopakkenleverancier. Een aantal judoka's ontvangen daarnaast een financiële vergoeding van hun sponsor. In 2011 hebben de JBN en Green Hill een zogenaamde “Supplier Agreement” ondertekend, waarbij Green Hill de leverancier van judokleding zou worden voor de gehele nationale selectie. Green Hill is een van de ongeveer tien leveranciers van judopakken waarmee officiële wedstrijden gespeeld mogen worden.
JBN heeft aan alle 190 judoka’s van de nationale selectie een (standaard) kernploegovereenkomst toegezonden waarin de verplichting is opgenomen tijdens wedstrijden en evenementen waarnaar de judoka’s door JBN worden uitgezonden de door JBN aangewezen judopakken en andere (sport)kleding te dragen. Van de 190 judoka’s hebben 174 de standaard kernploegovereenkomst ondertekend. Zestien judoka's hebben geweigerd deze overeenkomst te ondertekenen. Green Hill laat de JBN op een gegeven moment weten het niet te accepteren dat een grote groep judoka’s van de nationale selectie tijdens wedstrijden niet de judopakken van Green Hill draagt.
De JBN heeft daarop besloten dat alleen de judoka’s met een eigen sponsorovereenkomst met een waarde van meer dan € 20.000,00 worden uitgezonderd van de verplichting om tijdens wedstrijden de judopakken van Green Hill te dragen, dat geldt voor twee judoka’s.
De andere veertien judoka's blijven weigerigachtig en de JBN stapt naar de rechter en vordert een verklaring voor recht dat de JBN gerechtigd is om te bepalen welke kleding haar leden moeten dragen tijdens toernooien. Volgens de JBN zijn de judoka's op grond van artikel 6 lid 1 van de statuten van de JBN gebonden aan het besluit van de JBN om tijdens wedstrijden en evenementen de kleding van Green Hill te dragen.
De judoka's voeren als verweer aan dat het in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar artikel 2:8 lid 2 BW is aan hen de verplichting op te leggen om tijdens wedstrijden de door de JBN aangewezen judopakken te dragen.
De rechtbank oordeelt dat er een belangenafweging plaats moet vinden. Bij die belangenafweging dienen de belangen van de JBN bij het opleggen van de verplichting aan de judoka's om de judopakken van Green Hill te dragen te worden afgewogen tegen de belangen van judoka's  bij het zelf kunnen bepalen welk judopak tijdens wedstrijden wordt gedragen. Verder dient bij de toetsing rekening te worden gehouden met de overige omstandigheden van het geval.
Belangen van de JBN
De JBN stelt dat zij jegens Green Hill contractueel gehouden is om de judoka's te verplichten om tijdens wedstrijden de judopakken van Green Hill te dragen. Anders dan JBN leidt de rechtbank dit niet af uit de tekst van de Supplier Agreement. Uit artikel 4.1. van de Supplier Agreement blijkt eerder het tegendeel. Dit artikel bepaalt dat JBN het recht heeft om individuele judoka’s uit te zonderen van de verplichting om Green Hill judopakken te dragen indien JBN dit in het belang van alle betrokken partijen acht. De rechtbank acht wel aannemelijk dat de relatie van JBN met Green Hill erbij gebaat is dat een zo groot mogelijk aantal judoka’s de judopakken van Green Hill draagt. Het standpunt van de JBN dat zij door het sluiten van de Supplier Agreement belangrijke inkomsten genereert die ten goede komen aan de gehele judosport in Nederland, is volgens de rechtbank onvoldoende onderbouwd. De JBN noemt nergens bedragen die de sponsorovereenkomst opgeleverd heeft. De enige inkomsten waarop JBN op grond van de Supplier Agreement recht heeft, betreffen een percentage van de verkoopopbrengst van via JBN verkochte judokleding van Green Hill in Nederland. Tot slot stelt de JBN dat het haar grote wens is dat er eenheid komt binnen de nationale selectie in die zin dat iedere judoka van de nationale selectie hetzelfde pak draagt. De rechtbank overweegt dat van eenheid geen sprake is nu JBN haar twee gezichtsbepalende (top)judoka’s met een sponsorcontract met een waarde van meer dan € 20.000,00 niet verplicht de judopakken van Green Hill te dragen.

Belangen judoka's
Het judopak wordt volgens de rechtbank tijdens wedstrijden actief gebruikt in de zin dat daaraan getrokken en vastgehouden mag worden. Anders dan kleding bij andere sporten zoals voetbal of atletiek, is het judopak dus onderdeel van de sportbeoefening. Voorafgaand aan iedere wedstrijd wordt het judopak om die reden ook gekeurd. Als het judopak niet aan de eisen van de internationale judobond voldoet, mag de judoka met dat judopak niet de mat op.
De rechtbank is met de judoka's eens dat het judopak een belangrijk attribuut is bij de uitoefening van de judosport. De judoka's hebben er een zwaarwegend belang bij dat het judopak dat zij tijdens wedstrijden dragen goed past. Een niet goed zittend judopak kan tijdens een wedstrijd afleiden, en een ogenschijnlijk kleine afleiding kan een wedstrijd beslissen, zoals een van de judoka’s ter zitting ook heeft verklaard. De pakken van de privé sponsoren van de judoka's zijn maatpakken en de pakken van Green Hill zijn standaardpakken die niet goed zitten. Ook zijn er judoka's die enkele duizenden euro's van hun privé sponsor krijgen en dus inkomsten mislopen als ze in het judopak van Green Hill moeten gaan judoën.  
Overige omstandigheden van belang
De rechtbank acht tot slot van belang dat een judoka zonder lidmaatschap van JBN niet kan deelnemen aan belangrijke nationale en internationale wedstrijden. JBN bekleedt in dit kader een machtspositie. Op JBN rust om die reden de verplichting om bij haar besluitvorming zorgvuldig om te gaan met de belangen van de judoka's.
Conclusie
De rechtbank is van oordeel dat voornoemde belangen van de judoka's van aanmerkelijk zwaarder gewicht zijn dan genoemde belangen van JBN en dus het besluit van de JBN in strijd is met artikel 2:8 lid 2 BW. Bij de toetsing op grond van artikel 2:8 lid 2 BW houdt de rechtbank verder rekening met de omstandigheid dat JBN de judoka’s niet tijdig en op voldoende zorgvuldige wijze bij de besluitvorming heeft betrokken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten