woensdag 19 juni 2013

Regeling buitenlanders KNBSB in strijd met artikel 45/56 VWEU en Algemene wet gelijke behandeling en artikel 18 VWEU


Niet alleen in het voetbal wordt met nationaliteitsclausules aangelopen tegen beperkingen die het Europees recht meebrengt op het gebied van die clausules. Zo had de Koninklijke Nederlandse Baseball en Softball Bond (KNBSB) bepalingen in de reglementen staan die het opstellen van buitenlandse speelsters beperkte. Een aangesloten club, Terrasvogels, had een Italiaanse speelster te vaak opgesteld en de KNBSB oordeelde dat Terrasvogels een aantal wedstrijden over moest spelen. In het wedstrijdreglement van de KNBSB staat namelijk dat: "Eén volledige wedstrijd (indien nodig inclusief tie break) van een dubbel moet gecatcht worden door een Nederlandse speelster/s" De Italiaanse speelster was door Terrasvogels twee keer als catcher opgesteld.Terrasvogels spant vervolgens een kort geding aan tegen de KNBSB omdat de regels volgens Terras in strijd zijn met het VWEU.
De KNBSB heeft de regeling opgesteld met het doel om de Nederlandse speelsters in de nationale competitie de kans te geven in het eerste team te spelen en hun talent verder te ontwikkelen, zodat het nationale team internationaal een grotere rol kan gaan spelen.
De rechter is van oordeel dat er sprak is van directe discriminatie naar nationaliteit. Er wordt immers expliciet op grond van nationaliteit onderscheid gemaakt tussen personen die in dezelfde situatie verkeren. Op grond van de artikelen 18, 45, 49 en 56 VWEU is het verboden te EU burgers te discrimineren naar nationaliteit. In de eerder uitspraak van het Hof van Justitie Koch en Walrave had het Hof uitgesproken  dat het discriminatieverbod niet slaat op de samanestelling van nationale teams. In het Bosman arrest heeft eht Hof van Justitie echter ook uitgesproken dat discriminatie naar nationaliteit door beperkingen te stellen aan het aantal niet-nationale spelers dat wordt opgesteld bij andere (nationale) wedstrijden geen geoorloofde uitzondering is op het discriminatieverbod omdat niet isvoldaan aan de vereiste dat de uitzondering beperkt blijft tot haar specifieke doel (“remain limited to its proper objective”). De regeling KNBSB is daarom in strijd met artikel 45 VWEU.
Vervolgens kijkt de rechter of er een rechtvaardiging is voor het handelen in strijd met artikel 45 VWEU. Er zijn twee uitzonderingen die een inbreuk op het discriminatieverbod van artikel 45 VWEU rechtvaardigen:
1.         beperkingen uit hoofde van openbare orde, openbare veiligheid en volksgezondheid. Die uitzondering is in dit geval niet van toepassing.
2.         een aanvullende, open categorie van rechtvaardigingsgronden, gebaseerd op noodzakelijke vereisten in het algemeen belang, die beperkt moet worden uitgelegd. In sportzaken zijn als gerechtvaardigd aangemerkt:
-          de noodzaak om de opleiding en training van jonge spelers te bevorderen;
-          het handhaven van een bepaalde sportieve en financiële balans tussen clubs;
-          de noodzaak om een reguliere competitie en onzekerheid van de uitkomst te  verzekeren.
Die open categorie van rechtvaardigingsgronden is door het Europese Hof echter alleen aanvaard als het gaat om indirecte discriminatie naar nationaliteit. Aangezien het in dit geval om directe discriminatie gaat is ook die tweede categorie rechtvaardigingsgronden niet van toepassing.
De regeling van de KNBSB is dus in strijd met artikel 45 VWEU
Tot slot gaat de voorzieningenrechter in op twee andere punten:

Is er hier sprake van een economische activiteit?
De KNBSB is van mening dat artikel 45 of 56 VWEU niet van toepassing zijn, omdat het hier gaat om een amateursport en dat is volgensde KNBSB geen economische activiteit en dus is het VWEU niet van toepassing.
De voorzienigenrechter geeft daar geen echt antwoord op. Terrasvogels kan echter een sponsorcontract overleggen van de Italiaanse speelster.  De voorzieningenrechter is daarom van oordeel dat als Italiaanse aanspraak kan maken op gelijke behandeling als zij verblijft in een andere lidstaat van de EU (artikel 18 VWEU), ongeacht of de door haar beoefende sport is aan te merken als economische activiteit.

Is de regeling in strijd met de Algemene wet gelijke behandeling?
Op grond van artikel 7 lid 1 Awgb is het onderscheid op basis van nationaliteit verboden bij het aanbieden van of verlenen van toegang door instellingen die werkzaam zijn op het gebied van welzijn. Sportinstellingen vallen onder dat begrip. De voorzieningenrechter is dan ook van oordel dat de regeling van de KNBSB hiermee in strijd is en dat ook der rechtvaardiging van artikel 2 lid 5 Awgb niet van toepassing is. Op grond van dat artikel is onderscheid op grond van nationaliteit alleen toegestaan, indien het onderscheid ziet op het nationale team.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten